Op weg naar het noorden

3 augustus 2017 - Palmwag, Namibië

Ook vanmorgen een ontbijt verzorgd in het appartement, de droger leeggemaakt, alle apparaten weer opgeladen en de tassen weer netjes ingepakt. Om 8.00 uur stonden Johan en Joyce bij ons voor de deur om ons op te halen voor de tocht naar het noorden. Johan had zijn nieuwe aanhanger aangekoppeld en er stond een lange antenne op het dak van de auto's voor ontvangst onderweg via een bakkie. In Swakopmund nog even de auto's en de jerrycans gevuld bij het tankstation, de verbinding tussen de auto's gecheckt en toen op weg gegaan. De weg is nog van asfalt en we "glijden" dan ook over de weg. Je zou bijna al vergeten hoe de hobbel wegen voelen!
Onderweg stopten we even bij een scheepswrak dat al 8 jaar in de branding ligt. Een spookachtig gezicht! Ook was er een tussenstop bij Kaap Kruis waar de grootste Robben kolonie van de wereld te vinden is. Het was immens! En niet alleen de hoeveelheid Robben maar ook de stank! Het geluid dat de dieren produceren lijkt op dat van een geit en met z'n allen maakten ze dan ook een hels kabaal. Indrukwekkend hoor!
We zetten onze tocht voort op kilometers lange 'gips' weg. Mooi en hard.
Op een gegeven ogenblik kwamen we aan bij Skeleton coast, een route die zo genoemd wordt omdat er verschillende skeletten van walvissen liggen. Maar meer dan het skelet bij de toegangsweg hebben we niet gezien.
De lunch was vandaag wat later dan gepland omdat de mist maar moeizaam optrok. Pas toen we het binnenland in draaiden zag je het lichter worden en toen het zonnetje begon te schijnen en de temperatuur aangenamer werd stopten we aan de kant van de weg voor een picknick. Wel aan de rechterkant van de weg trouwens zodat we geen last zouden hebben van stof mocht er een auto langs komen. Overigens gebeurde dat maar heel weinig. Denk dat we de hele dag maar zo'n 10 auto's zijn tegengekomen. Nadat we samen de picknick tafel en stoelen hadden klaar gezet ging Joyce de tafel dekken en kregen wij biologie les van Johan. Hij liet ons een plant zien die alleen in Namibië voorkomt en vertelde daar uitgebreid over. De lunch was weer fantastisch! Brood dat gevuld was met gegrilde groenten en een lekkere salade er bij. Nadat we alles weer netjes hadden opgeruimd was het tijd om onze reis te vervolgen. De weg was inmiddels weer lekker hobbelig en bobbelig maar ook nog eens geaccidenteerd. Met enige regelmaat schoot je dus omhoog uit je stoel. De staat van de weg zorgde er overigens ook voor dat we allemaal regelmatig weg dommelden. En wie wakker was kon al wat dieren spotten: struisvogels, springbokken, giraffen maar ook koeien van de lokale boeren. Na een lange reisdag bereikten we aan het einde van de middag Palmwag lodge. Wat een geweldige plek weer. De luxe tenten kijken uit over een rivierbedding met veel groen en palmbomen. En meteen bij aankomst zagen we een olifant lopen. Het diner werd geserveerd in het hoofdgebouw en bestond uit een buffet met o.a. keuze uit kip en eland. Na het eten hebben we nog heel even rondgekeken maar daarna zijn we ook al snel gaan slapen.